Al het licht dat we niet kunnen zienIn de voetsporen van Marie-Laure ...
Vue Sur Saint Malo Intra Muros Depuis Le Mole Des Noires Saint Malo Loic Lagarde 663 1200pxVue Sur Saint Malo Intra Muros Depuis Le Mole Des Noires Saint Malo Loic Lagarde 663 1200px
©Vue Sur Saint Malo Intra Muros Depuis Le Mole Des Noires Saint Malo Loic Lagarde 663 1200px|©Loïc Lagarde

In de voetsporen van Marie-Laure…

Laten we in de voetsporen treden van heldin Marie-Laure in de roman ‘All the Light We Cannot See’ van de Amerikaan Anthony Doerr. Deze roman is een uitgeversfenomeen in de Verenigde Staten (winnaar van de Pulitzer Prize 2015) en is door de pers uitgeroepen tot beste roman van het jaar!

Klaar om te verkennen?

Inleiding

Augustus 1944: Saint Malo ten tijde van de Tweede Wereldoorlog, het laatste Duitse bolwerk aan de Bretonse kust voor de komst van de geallieerden. In de corsastad ontmoeten we Marie-Laure, die Parijs verliet tijdens de exodus om haar toevlucht te zoeken bij haar oudoom, en Werner, een lid van de Wehrmacht, een wees en een genie op het gebied van elektromagnetische signalen, de enige overlevende van zijn regiment. Twee lotsbestemmingen, twee verschillende levens die elkaar toch zullen ontmoeten.

Goed om te weten!

In de voetsporen van Marie-Laure, een tour die is gebaseerd op de roman “All the Light We Cannot See” van Anthony Doerr uit 2014. De serie wordt in november 2023 op Netflix uitgebracht.


1.

Bij haar oudoom, 4 rue Vauborel

4 rue Vauborel (pagina 23): “Le 4: de vervallen duiventil van haar oudoom Etienne. Waar ze al vier jaar woont. Waar ze geknield zit op de vijfde verdieping, alleen, terwijl een eskader Amerikaanse bommenwerpers op haar afkomt.”Les Boches (pagina 177): “[…] De begane grond is het domein van Madame Manec: schoon, overzichtelijk, altijd vol met bezoekers die in de keuken komen roddelen […] Elf wenteltrappen leiden naar de eerste verdieping, die een grandeur uit het verleden oproept […] Op de tweede verdieping nog meer rommel: kartonnen dozen vol potten, metalen schijven, roestige zagen; […] Op de derde liggen overal stapels, in de kamers, de gangen en op de trap […] Het enorme kantoor van Etienne koloniseert de hele vierde verdieping, afwisselend diep stil of vol stemmen, muziek, gekraak.”

2.

Plage du Môle

Marie-Laure’s eerste uitstapje sinds haar aankomst in Intra-Muros.
Marie-Laure gaat samen met Mme Manec op ontdekkingstocht naar Plage du Môle.
De rondes (pagina 285): “22 stappen tot de kruising met de Rue d’Estrées. Nog eens 40 tot aan de poort. 9 stappen naar beneden en ze staat op het zand, en de 20.000 geluiden van de oceaan overspoelen haar.”

3.

Pad naar de bakkerij – rue Robert Surcouf

De kleerkast (pagina 377): “22 passen door de rue Vauborel naar de rue d’Estrées. Dan rechts, en ik tel 16 mangaten. Linksaf de rue Robert-Surcouf in. Nog 9 mangaten naar de bakkerij.”

4.

Pad naar de grot – kennel voor de waakhonden

May (pagina 467): “Bij de kruising met de rue d’Estrées gaat ze niet linksaf, richting het huis, maar rechtsaf. 50 meter naar de wallen, nog eens honderd langs de muren”

5.

La Grotte

Grotte (pagina 309): “Hij neemt ze mee door wat de Rue du Boyer lijkt, maar ook de Rue Vincent-de-Gournay of de Rue des Hautes Salles zou kunnen zijn. Ze bereikten de voet van de vestingmuren en sloegen rechtsaf, een pad volgend dat Marie-Laure nooit eerder had genomen. Ze gingen twee treden naar beneden en liepen onder een gordijn van klimop door […] Het steegje werd steeds smaller, tot op het punt dat ze in colonne tussen de smalle muren door moesten lopen. […] Voor zover zij weet is het een grot met een laag plafond, ongeveer vier meter lang en twee breed, in de vorm van een brood. […]”

6.

Bastion de la Hollande

Het meisje (pagina 15): “[…] Daar is de esplanade bovenaan de muren waar vier couleuvrines naar de hemel wijzen. “Bastion de la Hollande,” mompelt ze en haar vingers dalen een paar passen. “Rue des Cordiers. Rue Jacques-Cartier.” [Haar vingers keren terug naar de torenspits van de kathedraal. Naar de poort van Dinan.”

Bezoeker (pagina 518): “[…] Waar ga je heen, korporaal? Naar het fort van de Cité d’Alet. We zijn aan het evacueren. We houden nog steeds het kasteel en het Bastion de la Hollande, maar voor de rest moet iedereen zich terugtrekken.”

7.

îlot du Grand Bé

De tochten (pagina 285): “[…] Zijn grootste plezier is bij eb naar het einde van het strand lopen, hurken aan de voet van een eilandje dat de Grand Bé wordt genoemd, en zijn vingers in de poelen laten kabbelen.”

8.

Hôtel des Abeilles, rue de la Crosse

Werner komt later aan in Intra-Muros en logeert in Hôtel des Abeilles (een door de auteur bedacht hotel).

De ober (pagina 17): “Nog niet zo lang geleden was het Hôtel des Abeilles een chique etablissement met felblauwe luiken en een brasseriegedeelte waar je oesters kon eten die op gemalen ijs werden geserveerd. [Er waren 21 kamers, met uitzicht op zee, en in de lounge een gigantische open haard.”

9.

Saint-Vincent-kathedraal

Attic (pagina 436): “Tijdens de vier jaar die Marie-Laure in Saint-Malo doorbracht, gaven de klokken van de Saint-Vincent-kathedraal de uren aan. Nu luiden ze niet meer.”

10.

Place Chateaubriand

Saint-Malo (pagina 585): “[…] De volgende ochtend zaten ze op place Chateaubriand, waar stevige banken tegenover bloemperken stonden.”

11.

Fort National

Plaats van gevangenschap voor verzetsstrijders.
Figuren (pagina 497):”[…]Ieders papieren zullen worden gecontroleerd en elke man van vechtlustige leeftijd die zou kunnen deelnemen aan het verzet, zal worden geïnterneerd in Fort National”

.

12.

27 rue de Chartres

Verplichte afgifte (pagina 206): “Bewoners moeten alle draadloze ontvangers in hun bezit afgeven. De sets moeten voor morgenmiddag worden afgeleverd bij 27 rue de Chartres. Iedereen die zich niet aan dit bevel houdt, zal worden gearresteerd als saboteur.”

13.

La Cité d’Alet

Saint-Malo (pagina 20): “[…] Maar niet hier. Niet deze laatste citadel aan het einde van het continent, dit laatste Duitse “sterke punt” aan de Bretonse kust. […] Onder het fort van de Cité d’Alet, dat oprijst op zijn rotspunt, hogerop aan de Rance, tegenover de oude stad, bevinden zich een kleedkamer, munitiebunkers en zelfs een ziekenhuis, althans dat zegt men.”

Ontdek

Onze bewaarde schatten

Sluiten